N-VA in de bres voor leefloonstudenten

In de OCMW-raad van woensdag 26 juni 2013 kaartte N-VA-raadslid Glenn Bogaert de problematiek van de leefloonstudenten aan. Bogaert is bezorgd om de sterke toename van het aantal studenten dat bij het OCMW moet aankloppen voor een leefloon, ook in Geraardsbergen. Het gaat concreet om jongeren onder 25 jaar die een volledig leerplan volgen en die niet meer op hun ouders kunnen rekenen met het oog op het levensonderhoud en het bekostigen van de studies of wiens ouders zelf een leefloon ontvangen. “Ook voor deze doelgroep staan de knipperlichten overduidelijk op rood. In Vlaanderen is het aantal leefloonstudenten sinds 2003 meer dan verdubbeld. In ons land kloppen jaarlijks 17.000 jongeren aan bij het OCMW, vooral in Wallonië en Brussel is de situatie alarmerend“, zegt Bogaert.

“In Geraardsbergen mogen we evenmin blind blijven voor de problematiek want uit het antwoord op mijn interpellatie blijkt dat ook in onze stad het aantal leefloonstudenten sterk is toegenomen.  Sterker zelfs, het aantal leefloonstudenten stijgt in Geraardsbergen proportioneel sterker dan gemiddeld. In vergelijkbare gemeenten als Ninove, Ronse en Wetteren liggen de cijfers beduidend lager. Tussen 2005 en 2010 spreken we over meer dan een verzesvoudiging. Er werd door de sociale dienst in 2011 al een “richtlijn studenten” uitgewerkt, dat toont aan dat er zeker al inspanningen worden geleverd. Desalniettemin vraagt onze fractie dat het OCMW deze prangende problematiek in de komende jaren niet uit het oog verliest. “

N-VA-raadslid Glenn Bogaert voegt eraan toe: “We zetten terecht en met de nodige geestdrift hoog in op de aanpak van kinderarmoede en het anticiperen op de vergrijzingsgolf maar studenten en jongeren vormen evenzeer een belangrijke doelgroep. Onze Geraardsbergse jeugd vormt de toekomst van onze stad en zij moeten alle kansen krijgen om zich te ontwikkelen en te ontplooien. Jongeren die in moeilijke, sociale omstandigheden en met veel zin voor verantwoordelijkheid en motivatie toch willen studeren om een mooie toekomst te kunnen uitbouwen, verdienen alle lof, respect en ondersteuning. Als jonge mandataris vind ik het trouwens mijn plicht om de belangen van mijn leeftijds- en generatiegenoten op de agenda te plaatsen en te verdedigen.”